Niets is mooier dan kinderen naar de andere kant van het schooljaar begeleiden, en tegelijkertijd is er weinig moeilijker dan dat. De gelukkigste klas laat zien dat er heel wat verschillende afstanden moeten worden overbrugd: die tussen de leerlingen en de meester, tussen de kinderen onderling, tussen meer en genoeg, tussen het universum van de klas en het universum daarbuiten, tussen wie de meester is en wie hij als meester zou willen zijn. Meester Jack de Boer schrijft over zijn werk, zoals Theo Thijssens meester Staal. In De gelukkigste klas stelt hij zich de vraag waar de grenzen van zijn gezag liggen, maar ook wat de zin is van doorlopende toetsing en kwantificatie. Hij beseft wat zijn twijfels zijn, op wie hij zich allemaal verlaat en welke denkers, schrijvers en kunstenaars hem op zijn reis vergezellen. Met De gelukkigste klas geeft hij alle leraren in Nederland een stem: dit is wat zij doen en hoe zij erover kunnen nadenken. Bron: Flaptekst, uitgeversinformatie
Meer informatie
Je leent dit e-book bij de online Bibliotheek.