Harmen van Straaten Zing mee met opa en oma
Een klassieker in een eigentijds jasje
Luisterboek (digitaal)
Wie kent ze niet, de beroemde oud-Hollandse liedjes en versjes, die generaties kinderen leren van hun ouders, opa’s en oma’s, op school en op de crèche? Het luisterboek staat bomvol ‘gouwe ouwe’ liedjes en versjes (maar liefst 86 stuks!) op vrolijke wijze voorgedragen en gezongen door Karin Bloemen. Wordt geleverd met ebook (pdf) met 40 fijne nieuwe tekeningen van Harmen van Straaten. Inhoud 1. Twee emmertjes water halen 2. Jan Huygen in de ton 3. Ooievaar lepelaar, takkendief 4. Ben je boos? Pluk een roos 5. Hansje sjokken, trek hem aan zijn rokken 6. Wat doet het hondje? 7. Zwarte zwanen, witte zwanen 8. 't Is in de vrouw, maar niet in de man 9. Rije, rije, rije in een wagentje 10. Roe, roe, kindje, hoe ben je toch zo stout! 11. Iene, miene, mutte, tien pond grutten 12. A, b, c, de kat gaat mee 13. Olke bolke rube solke 14. Slaap, kindje slaap! 15. Klaas Vaak die komt 16. Draai er het wieltje nog eens om 17. Tiere liere let let let 18. Hop! hop! hop! Paardje in galop 19. Hummeltje Tummeltje klom op de wagen 20. Tikke takke tonen 21. Hansje knipperdolletje 22. Hu, hu, paardje, met je vossestaartje 23. Vinger in de hoed, wie er meedoet 24. Klein, klein muisje! 25. Al in een groen, groen knolle-knolle-land 26. Zakdoekje leggen, niemand zeggen 27. Daar komt Pauwel Jonas aan 28. Luilak, beddezak, staat om negen uren op! 29. Torentje, torentje, bussekruit! 30. Kool, die koud is 31. Och, Jantje, wil niet huilen 32. In Den Haag daar woont een graaf 33. Bim, bam, beieren 34. Klein, klein, kleutertje 35. Tik tak tol, de boer die stal een knol 36. Amsterdam, die grote stad 37. Schuitje varen, theetje drinken 38. Een, twee, drie, vier - een hoedje van papier 39. Jan die sloeg Lijsje 40. Een houten huisje, een koperen kluisje 41. Er zaten zeven kikkertjes 42. Hop Marjanneke, stroop in 't kanneke 43. Altijd is Kortjakje ziek 44. Zie, zo rijen de heren 45. Een, twee, kopje thee 46. Daar ging een mannetje over de brug 47. Jan, mijn man, wou ruiter worden 48. Koen, maak je mijn schoen? 49. Wel, wat zeg je van mijn kippen? 50. Er zat een aapje op een stokje 51. Tante Nans zat op een gans 52. Heb je wel gehoord van de holle bolle wagen 53. Handje plak, ga naar de markt 54. Tussen Keulen en Parijs 55. Schuitje varen over de zee! 56. Duimelotje is in 't water gevallen 57. Naar bed, naar bed, zei Duimelot 58. Keizer Karel had een hond 59. Zagen, zagen, wiedewiedewagen 60. Kaatje, ben je boven? Ja, mevrouw 61. Kom, laten we nog eens zingen 62. Waar ben je toch geweest? Bij tante 63. Klikspaan, halve maan 64. Ouwe Jan en jonge Jan 65. Jan-oom zat op een boom 66. Sinterklaas, goed heilig man! 67. Sint-Niklaasje, bonne bonne bonne 68. Sinterklaas, die goede heer 69. Herder, laat je schaapjes gaan! 70. Hier is de sleutel van de Bibelebontse berg 71. Tweebeen zat op driebeen 72. Goeienavond, tantje Betje 73. A, b, c, d, e, f, g, meester, de jongens nemen knikkers van me mee! 74. Meester, mag ik naar huis toe gaan? 75. Daar gingen eens drie oude wijfjes 76. Daar was ereis een vrouw 77. Klompertje en zijn wijfje 78. Het wevertje zat naast zijn vrouw 79. Eerst zo wit als was 80. Hoe laat is 't? Twaalf uren 81. Daar was eens een mannetje 82. Maart roert zijn staart 83. Ik kwam laatst in een poppenkraam 84. Danderomdeine kwam van Brugge 85. Klop, klop, hamertje! 86. Berend Botje ging uit varen Bron: Flaptekst, uitgeversinformatie
Meer informatie
Je leent dit luisterboek bij de online Bibliotheek.