M.E. Gilhuis-Smitskamp Een sneeuwbal vliegt in de woonschuit ...
Gedrukt boek
Het heeft gesneeuwd in het dorp waar de broertjes Roel en Arie wonen. Voordat de school 's ochtends begint, mogen ze nog even buiten spelen. Hun vader is hoofd van de school waar de broertjes zelf ook op zitten. Eerst stoeien ze wat met de hond van de bakker. Daarna gaan ze richting de vaart, waar de woonschuiten liggen. Op de boot van Oude Jaantje komt een nijdig keffend hondje uit zijn hok. Die bekogelen de jongens met sneeuwballen. Als Oude Jaantje nijdig de deur van de roef opent, mikt Roel nog snel een sneeuwbal door de half geopende deur. Dan zetten de jongens het op een lopen, terwijl Jaantje hun boos naroept. Angstig zitten de jongen even later in de schoolbanken. Maar hun vader komt achter het hele gebeuren. Voor straf moeten ze turf stapelen in het speelkwartier en strafwerk maken. Ook moeten ze hun excuses maken bij Oude Jaantje. Oude Jaantje blijkt niet echt boos te zijn. Wel verdrietig, want ze is slecht ter been. Het opruimen van de sneeuw binnen had haar veel moeite gekost. Haar oude bijbeltje is ook nog nat geworden. De kleine lettertjes zijn nu nog slechter te lezen. Thuis vertellen Roel en Arie over het bijbeltje van Oude Jaantje. Gelukkig weet hun vader het adres van Het Bijbelhuis. Dat huis verzendt alle soorten bijbels, ook in grote letter. Bij Het Bijbelhuis zal hun vader een nieuwe bijbel voor Oude Jaantje bestellen.
Versies
-
Een sneeuwbal vliegt in de woonschuit ...
-
Een sneeuwbal vliegt in de woonschuit..