Herman Pieter de Boer: slijtvaste humor van a tot z - Deel 2 De trambestuurder, De violist, De vioolspeler, De vrouw die altijd bloemkool kookt, De vrouw in de bedsprei, De vrouw in het maanlicht, De waarzegster, De wonderen van de stad, Het eiland, Een man onder het bed, Een ongewone badgast, Een ongewone klant, Gevonden voorwerpen, Het alibi, Het begon met een vingerkom, Het bewegingloze, Het corset, Het damesorkest, Het dichtgespijkerde huis, Het dolhuis, Het feest, Het graf, Het hondsbrutale dienstmeisje, Het houten been, Het mantelpakje, Het meisje met het armoedige kontje, Het menselijk onvernuft, Het onbekende meisje, Het oude wijf, Het pakket, Het pepermuntmeisje, Het rijk alleen, Het sterfbed, Het verhoorde gebed, Het verkeerde uithangbord, Het wonderkind, Hoe hoort het eigenlijk, Iemand, In het bos, In het stadspark, Kruidenier Hus, De man die met een plank over straat liep, Mijnheer Halma, Misschien wat te plotseling, Mooi kleed, zo dik, Mooie benen, Op de roltrap, Op de veerpont, Op de vlooienmarkt, Paternoster, Pola, Sybilla, Tante dagmar en jaar groene kinderen, Tillen en kantelen, Vergif, Waarom de schoorsteen niet trok, Werda, De gedachtenlezer, Het glazen oog, Een klier van een jongen, De zoon, De zwarte vogel, Een benijdenswaardig heerschap, Een café, Een dame van adel, Een flauwte, Een kuur, Een lieve jongen, De exotische danseres. Bron: Flaptekst, uitgeversinformatie