Ongenaakbaar en met open vizier trekt Maillart door de pas onderworpen Sovjet-republieken van Centraal-Azië. Aan de oevers van de mythische rivieren Amoe Darja en Syr Darja is ze getuige van een van de grootste experimenten uit de geschiedenis van de mensheid: een van bovenaf opgelegde ‘deislamisering’ in naam van de vooruitgang. Ze maakt kennis met Kirgiezen en Oezbeken, dwaalt door Samarkand en Tasjkent, beklimt bergen en kampeert in woestijnen. Als ze haar reisgenoten achterlaat en besluit alleen verder te reizen, krijgt ze als eerste, onafhankelijke Europese waarnemer een beeld van de wijze waarop de islamitische opstanden door het Rode Leger zijn neergeslagen. Omdat ze het gebied zonder visum doorkruist, moet ze op haar hoede zijn voor de autoriteiten, maar ze weet haar aantekeningen en foto’s veilig over de grens te brengen. Als in 1934 Des monts célestes aux sables rouges verschijnt, wordt het uitzonderlijke karakter van haar boek én haar schrijverschap onmiddellijk herkend. Onder de titel Turkestan Solo verschijnt het korte tijd later in het Engels en Duits, waarna een internationale opmars begint. Inmiddels heeft het een klassieke status. © Ella Maillart, Genève, 1986 © Editions Payot, Paris, 1990 & 1991 © Editions Payot & Rivages, Paris, 2001 & 2017 Bron: Flaptekst, uitgeversinformatie
Meer informatie
Je leent dit e-book bij de online Bibliotheek.