In de vroege ochtend van 10 mei 1940 werd de argeloos slapende bevolking van Nederland opgeschrikt door het angstaanjagende geluid van bommenwerpers, afweergeschut, explosies en mitrailleurvuur. Voor de meesten duurde het even voor het besef doordrong dat ze in een oorlog betrokken waren geraakt, maar er waren er ook die onmiddellijk begrepen wat hun te wachten stond. In de dagen die volgden legden velen vast wat hun overkwam: soldaten, huisvrouwen, artsen, journalisten, scholieren, predikanten, boeren en ministers. Hun verbijstering, angst, opwinding, verdriet, gelatenheid, afschuw en woede – opgetekend in dagboeken, brieven en herinneringen – brengen ons dichter bij de oorlog dan enige andere geschiedschrijving. Geïnspireerd door Das Echolot van Walter Kempowski verzamelde historicus en schrijver Luuc Kooijmans talloze egodocumenten en componeerde zo een indrukwekkend collectief dagboek van de meidagen van 1940. Over eerder werk: 'Een schitterend boek.' NRC Handelsblad ‘Kooijmans is een uitzonderlijk biograaf, alles wordt onder zijn handen spannend en interessant. (...) in een woord: meesterlijk.’ Het Parool ‘Kooijmans maakt er een menselijke geschiedenis van, waarin het zindert en zingt.’ de Volkskrant ‘Zijn stijl wordt gekenmerkt door mooie, sobere zinnen waarmee hij op onderkoelde wijze de mensen liefdevol en haarscherp schetst.’ Nederlands Dagblad Bron: Flaptekst, uitgeversinformatie
Meer informatie
Je leent dit e-book bij de online Bibliotheek.