Zes jaar na de korte, verstilde, extreem onderkoelde gedichten van Open mond verschijnt er eindelijk weer een nieuwe dichtbundel van Erik Jan Harmens. De toon verschuift dit keer van hard naar teder en weer terug. Lichamelijkheid, seks, hunkering, moederliefde en ziekte zijn belangrijke thema's, terwijl het verlangen tot toenadering kan omslaan in afwijzing, en vice versa. Maar boven alles getuigen de gedichten zoals altijd van een maniakale taalliefde, een bijzondere opvatting over schoonheid en lyriek en een eigenzinnig gevoel voor interpunctie. Bron: Flaptekst, uitgeversinformatie
Meer informatie
Je leent dit e-book bij de online Bibliotheek.