In de zomer van 2015 berichtten de Nederlandse kranten dat de toen 48-jarige Raymond K. met een zeilboot tjokvol cocaïne (613 kilo) was gearresteerd voor de Braziliaanse kust. De kranten kopten “dat hij daarmee zijn eigen record uit 2007 had verbroken”, toen de Franse politie ‘Kapitein Coke’ aanhield in Het Kanaal. Op zijn zeiljacht werd uiteindelijk exact 600 kilo verpakte coke aangetroffen. Raymond K. zit momenteel in een Zuid-Amerikaanse gevangenis voor zijn laatste aanhouding en schreef daar zijn avonturen op die voorafgingen aan zijn aanhouding in 2007. Wie de Narcos-serie over Pablo Escobar heeft gezien, zou de indruk kunnen krijgen dat cocaïnevervoer een fluitje van een cent is. Raymond K. neemt ons mee in de echte wereld van de coketransporten. Vanaf het begin uit De Marwei in Leeuwarden naar Spanje waar hij het vertrouwen van een goed georganiseerde club wint. Maandenlange voorbereidingen volgen met duiklessen, inzicht in brandstofopslag voor boten op de Atlantische Oceaan, afgestemde satelliettelefoons en codetalen voor de droppings. De miljoenenaanschaf van zeewaardige supersnelle boten voor de overtocht van en naar Colombia. Zijn spannende ontmoetingen met overzeese drugskartels. De moeizame tocht door de gevaarlijke jungle onder het oog van paramilitairen naar de cokeplantages. De ontberingen van lange zeereizen en de angst om betrapt te worden tijdens cokedroppingen vanuit de lucht. En onderwijl houdt de politie Heemskerk hem in de gaten, later samen met de Spaanse, Portugese, Britse en Franse politie en de internationale criminele inlichtingendienst. Een Franse onderzoeksrechter zei na zijn uitspraak tegen hem: ‘Raymond, het is jammer dat je nooit met me hebt willen praten, want ik zou zo graag een dag met je zitten om alle avonturen en verhalen van je te horen.’ Die verhalen vertelt Raymond K. nu in dit boek. Met in zijn nawoord nog enkele onthullingen over deel II van Kapitein Coke en een spijtbetuiging aan zijn familie en geliefden. Want er bestaat een andere kant aan de medaille van het leven van een internationale smokkelaar. Bron: Flaptekst, uitgeversinformatie