Melle gaat met zijn ouders en zus op vakantie naar Spanje. Terwijl hij na aankomst op onderzoek uitgaat in de omgeving van hun vakantiehuisje, ziet hij hoe een hond bijna op een slang stapt. In zijn gedachten waarschuwt Melle de hond voor dit gevaar. Tot zijn grote verbazing ontdekt hij hoe de hond hem werkelijk heeft verstaan en hoe hij op zijn beurt de gedachten van de hond kan lezen. Melle durft zijn wonderbaarlijke ontdekking niet aan zijn ouders te vertellen, bang dat ze hem voor gek zullen verklaren. De speciale band die hij vanaf het eerste moment heeft met het dier, die een zwerfhond blijkt te zijn, wil hij echter niet opgeven. Hij noemt haar Stakker en houdt haar bij zich. Vanaf dat moment praten ze veel met elkaar en komt Melle van alles te weten over het leven van zwerfhonden en over de gevaren die zij lopen. Een van die gevaren ondervinden ze al snel aan den lijve: het risico om vergiftigd te worden. Het is een harde en trieste ervaring. Melle is ontstemd over zoveel onrecht en besluit hier iets aan te willen doen. Vanaf dat moment stort hij zich, samen met zijn nieuwe hondenvriendin en nog meer zwerfhonden, in een spannend avontuur. Hun missie is om de gifstrooiers te betrappen en hen aan te klagen voor deze misdaad jegens onschuldige dieren. Een spannend avontuur volgt, waarbij niet alleen de dieren maar ook de mensen betrokken zijn. Door hun krachten te bundelen, elkaar te vertrouwen en samen te werken, blijken ze in staat hun doel te kunnen bereiken. Bron: Flaptekst, uitgeversinformatie