Social media hebben iedereen een virtuele megafoon in handen gegeven om elke gedachte te kunnen rondbazuinen, plus de middelen om elke tegengestelde mening weg te filteren. Mensen vinden iemand die opbelt opdringerig en negeren voicemails, want ze appen of sms’en liever, het liefst woordloze emoji’s. Voor zover mensen al ergens naar luisteren, doen ze dat waarschijnlijk via een hoofdtelefoon of oortjes, want dan kunnen ze lekker veilig in hun eigenhandig geschapen geluidsbubbel blijven zitten, de soundtrack bij de film van hun ommuurde leven. Wanneer heb je voor het laatst naar iemand geluisterd? Echt geluisterd, zonder alvast na te denken over je antwoord, naar je telefoon te kijken of in gedachten al bezig te zijn met het formuleren van een ongevraagde oplossing? Het moderne leven is luidruchtig en hectisch en technologie zorgt voor constante afleiding. We luisteren selectief – zelfs naar degenen van wie we het meest houden, we zijn bang geworden voor de standpunten van anderen en voor stilte. En dat maakt ons eenzamer, geïsoleerder en minder tolerant dan ooit tevoren. In Je luistert niet beschrijft New York Times-auteur Kate Murphy hoe en waarom we tekortschieten in onze moderne manier van communiceren. Op basis van uitvoerig onderzoek en talloze gesprekken – met priesters tot CIA-agenten, radio-producers, barmannen en haar overgroottante, laat Murphy zien dat goed luisteren in dit tijdperk van technologie en politieke verdeeldheid belangrijker en moeilijker is dan ooit. Ze leert ons de kunst van het luisteren. Bron: Flaptekst, uitgeversinformatie
Meer informatie
Je leent dit e-book bij de online Bibliotheek.