Sarah Morton | Gerbrand Muller Onderstroomboven 5.0
E-book
Het thema van dit vijfde nummer is het korte verhaal. Een rustpunt voor de lezer na het stormachtige nr 4.0, waarvan het templaat in de aanloop naar het OLA symposium van 9 december 2013 verschillende keren dramatisch van inhoud veranderde. Het korte verhaal is een genre dat in het Angelsaksische taalgbied zeer gewaardeerd wordt, maar in Nederland de laatste jaren wat onderbelicht genoemd kan worden. Dit nummer is er geheel aan gewijd. Verschillende auteurs van binnen en buiten het collectief dragen er aan bij. Kunst bij het schrijven van een kort verhaal is het tot leven brengen van je personages in slechts enkele alinea's, het opvoeren van de spanning, het verkeerde been van de lezer en de "couleur locale". De climax valt steevast in de laatste regels. 'O jee,' denkt de lezer en legt het verhaal naast zich neer, wist het zweet van het voorhoofd en is blij dat het uit is. 'Ja ja, dat had ik echt niet gedacht.' Dan pakt de lezer het op en begint het korte verhaal opnieuw te lezen: 'Waar zit de kink in de kabel? Waar brengt die schrijver me op een dwaalspoor?' Even later: 'Ja, hier zou je er uit kunnen halen wat er werkelijk aan de hand is. Knap verborgen!' In een goed kort verhaal weten knappe schrijvers verschillende werkelijkheden door elkaar te laten lopen. Het is compact schrijven, bijna als een gedicht. Daarom staat er één gedicht tussen het proza. Bron: Flaptekst, uitgeversinformatie
Meer informatie
Je leent dit e-book bij de online Bibliotheek.